Granada, Nicaragua, 1 augustus 2009
Bij iedere grens stelt de douane de vraag hoe lang denk ik in het land te verblijven of nodig te hebben om door te reizen. Meestal krijg je dan een standaard visum voor een maand, alleen in Honduras kreeg ik slechts drie dagen en is mijn paspoort daarmee vet gestempeld, zelfs de maximale verblijfsduur voor de motor (vanwege het ´milieuprobleem´ olie op en onder de motor) is met een speciaal stempel in mijn paspoort gezet. Na het niemandsland tussen Honduras en Nicaragua (ruime kilometer) kan ik me nog goed herinneren het antwoord dat ik gaf aan de douane man van Nicaragua op zijn vraag ´hoe lang´, namelijk vier dagen. Inmiddels ben ik vier maanden verder en is heel veel gebeurt, veel heb ik daarvan opgeschreven maar nog veel meer niet en is nog te vers om op te schrijven. De contouren daarvan zijn echter zichtbaar in de moeite die het me kost om te vertrekken.
Want wat maakt het lastig om na vier maanden in Nicaragua hier te vertrekken? Opnieuw alleen op pad met tenminste nog 1 echt lastige grens voor de boeg (Nicaragua – Costa Rica, verwachte gemiddelde doorlooptijd 2,5 tot vier uur)? Opnieuw achter laten van het inmiddels vertrouwde en bekende?
Ondanks dat ik veel heb geschreven over mijn tijd hier heb ik relatief weinig geschreven over de dingen die me heel persoonlijk en direct hier hebben geraakt. Afgelopen maanden heb ik niet alleen een vriendin hier op na gehouden maar heb daarnaast voor een gezin diverse financiele problemen (gas, medicijnen etc) weg kunnen werken, een ventje van 12 financieel op school kunnen houden, mee betaald aan de ziekenhuisopname van het pas geboren ventje van de politie kapitein (inmiddels weer´alive & kicking´) en weer een ander meisje gesponsord in haar school verplichtingen. Dat heeft me ook veel gebracht, ik vind het geweldig om zoveel mogelijk het normale leven van dichtbij mee te maken. Familieruzies, verjaardagen, werkproblemen, schoolperikelen, ziekenhuisbezoek, getob met bureaucratie & instanties, vrijwel dagelijkse uitval van electriciteit en water (soms tot 8 uur en dat overdag), cultuur & gewoontes, corruptie, rouwbijeenkomsten en de kleine vreugdes van het leven zoals de vele feesten (hoe armer het land hoe meer redenen voor fiestas). Ik kon dat doen door uiterst goedkoop te leven, lang op de bank van Wayne´s huiskamer inmiddels in een mini huisje onder een aluminium platen dak maar op een steenworp afstand van het in 1524 door de grote heerser Francisco de Cordoba gestichte fort annex kerk annex klooster San Francisco (hij maakte Granada tot hoofdstad voor geheel Centraal Amerika), kook & was zelf of de familie zorgt voor me en iedere cordoba en dollar draai ik twee keer om. Aan dat alles komt nu een einde aan, mijn budget is niet oneindig en ik ben toe aan een volgend hoofdstuk. Mijn visum nadert haar einddatum en is niet meer verlengbaar. Mijn meissie en degene die ik heb gesponsord zijn daar om uiteenlopende redenen triest over en dat is begrijpelijk. Ondanks dat ik in alles probeer goedkoop te doen en beslist niet met geld strooi, blijf ik een suikeroom in een land waar het gemiddeld maand salaris ongeveer 150 dollar bedraagt maar veel mensen op een dagloon (!) staan van ongeveer twee en een halve dollar (dag = 10 uur). Met relatief weinig kun je hier dus goed doen. Dat maakt mijn doel voor het vervolg van de roadtrip ook relatief, wie ben ik om te mogen doen wat ik doe en wanneer is genoeg ook echt genoeg?
Dit is de achtergrond die vertrekken moeilijk maakt, mensen die in de afgelopen maanden op me konden rekenen staan er weer alleen voor, gepaste bescheidenheid over mijn volgend doel (Zuid-Amerika) en de wetenschap dat ook ik slechts een voorbijganger in de tijd ben. Wat doet mijn reis er feitelijk aan toe? Kan dat uiteraard niet zeggen, maar de innerlijke drang voor nog een vervolg is zeker aanwezig. Ik schat dat mijn budget nog goed is voor twee, maximaal drie maanden reizen, geheel afhankelijk van hetgeen ik op mijn pad tegenkom. Het antwoord ligt in God, gezondheid, geld en de motor en ik sla het blad om voor weer een volgend hoofdstuk, met dank aan Bob Seger:
´On a long and lonesome highway, you can listen to the engine moaning out its one lone song, you can think about woman, or the girl you knew the night before. But your thoughts will soon be wandering, the way they always do. Say, here I am, on the road again. There I go, turn the page´.
Deze dagen voorbereidingen voor vertrek!