Highway 101

Highway 101

Vanaf Vancouver is het een uur naar de grens. Officieel heet de grensovergang Blaine,  naar de grensplaats Blaine, maar dit is de grote grensovergang nabij Seattle. Dat betekent electronische borden ver vantevoren waarin de wachttijd op dat moment wordt aangegeven. Na een kleine 10 minuten is het mijn beurt om op te rijden op 1 van de 3 VS ingaande rijbanen, highway 101 is dan van vijf of zes rijbanen naar drie overgeschakeld. Als de vrouwelijke douanier mijn paspoort in handen heeft kijkt zij voor de zoveelste keer alsof zij haar ogen niet kan geloven. Zij roept iets in haar microfoon. Op dat moment worden de drie rijbanen afgesloten en loopt het voltallige douane en politie corps naar, rond, om en over de motor. Het lijkt wel een theekransje. Het gaat over vroeger, de oudere weten nog dat, de jongeren hebben foto’s van vaders of grootvaders op flatheads, maar allemaal staren ze met een mix van verwondering en ongeloof. Na een kleine 10 minuten komen de gemoederen tot bedaren en gaat de grens weer open. O ja het paspoort, in orde, papieren voor de motor worden verderop afgestempeld, eerste door de Canadese douane vanwege de uitgaande stempels en daarna de inkomende VS-stempels. Vanaf de highway kon ik niet bij de Canadese douane komen maar de officier van dienst wijst me de ‘binnendoor route’. Al met al, de zon schijnt en ik mag wensen dat iedere grensovergang zo soepel verloopt.

Seattle passeer ik in de middag, de highway gaat dwars door de stad en af en toe staat het verkeer al stil. Genoeg tijd om de haven en skyline te bekijken. Ik neem verder geen tijd voor de stad, ik wil zo dicht mogelijk op de 101 langs de kust zien te komen. De avond valt vroeg en in Olympia vindt ik een motel in de binnenstad. Het is een heldere nacht en bitterkoud. Als ik in bed kruip weet ik waarom dit een goedkope overnachting is. Als de andere ‘bewoners’ al niet een aanduiding waren voor een ‘geen ster aanduiding’ dan zijn de gaten in de lakens en matras voldoende overtuiging. De motor staat vast geketend aan het hek voor mijn raam en ik slaap prima.

De volgende morgen is het nog steeds ijskoud. Nog een klein stukje Interstate en ik ben op de kustweg. Washingtons State ben ik dan snel uit. In Oregon brandt de zon de bewolking al weg maar het blijft koud. Het is prachtig om hier te rijden. Highway 101 is als een provinciale weg die slingert langs de kust, af en toe door een vallei om altijd weer terug te komen bij de kust. Het asfalt ligt er prachtig bij, geen zware klims of afdalingen, zacht ronde bochten en de motor spint als een kat bij de kachel. In de valleien wordt door boeren zelf aan (vuil-?)verbranding gedaan, zo ver ik kan zien kringelt hier en daar rook omhoog. Nauwelijks wind, de rook prikkelt af en toe in m’n neus. Na het ‘crappy’ motel van afgelopen nacht haal ik de uitgescheurde pagina’s uit de Roadtrip USA gids (erg volumineus dus eigenhandig ingekort) tevoorschijn in Newport. Die geeft een paar favorieten aan en de eerste daarvan loop ik vervolgens binnen. Sylvia Beach Hotel. Als ik de lobby binnenloop valt mijn oog op een stapel kranten met bovenop mijn weekblad The Economist. Een teken van boven. Het hotel heeft een literaire inslag en dus mag ik kiezen uit de Mark Twain room, Oscar WIlde room en Gertrude Stein room. Het wordt Oscar Wilde. Aan de muur hangt prominent ‘we are all in the gutters but some of us are looking at the stars’ (we bevinden ons allen in de goot maar sommigen zien de sterren). De kleine kamer is in Oud Engelse stijl opgetrokken. Alles tot zelfs de lakens hebben een overdadig bloemmotief. Volop boeken, foto’s en andere trivia rondom Oscar Wilde. Iedere kamer in dit hotel is door een liefhebber van de betreffende auteur gestyled. In de avond bekijk ik de bookstore van het hotel naast de lobby. Een middelbare leeftijd dame vraagt naar mijn verhaal, hoe ik hier ben gekomen, waar vandaan etc. Zij is de eigenaresse van het hotel. “U bent dus Sylvia, naar het hotel, stel ik vast”. “Sylvia Beach was de eigenaresse van de Shakespeare Bookstore Company in Parijs waar tussen beide wereldoorlogen veel grote auteurs hun postadres hadden” vertelt zij. “Ernest Hemingway, James Joyce waren vaste gasten voor thee en boeken”. Het verhaal gaat dat Hemingway gewapend met pistool en geweer de invasie van Parijs door de Nazi’s in 1940 daar heeft afgewacht.

Mijn stelligheid “U bent dus ..” heeft me inmiddels enkele centimeters doen krimpen. Zij nodigt me uit voor ‘free hot & spicy red wine’ (Gluhwein) in de bilbliotheek van het hotel op de zolder, iedere avond vanaf tien uur gratis wijn en vanaf zes uur in de morgen koffie. Daar drink ik samen met haar zoons een paar glazen rode wijn. Met de vuurtoren in de verte tegen de heuvels van Oregon, het strand en de oceaan voor m’n neus kan ik me geen betere lokatie bedenken als deze om de avond door te brengen. De volgende morgen ontbijt ik gezamenlijk met een Amerikaans echtpaar eveneens op doorreis. De eigenaresse en haar zoons schuiven niet veel later aan. Leslie is ‘fly fishing guide’ in Montana. Vliegvissen heeft een bijzondere status is me al eerder opgevallen, maar het zegt mij zo weinig.  Leslie heeft een prachtige vergelijking om de magie van het vliegvissen uit te leggen. “Net als bij het kaartspel waar bridge de hoogste orde in vormt, is vliegvissen de overtreffende trap van vissen”. “Beide kun je nooit echt beheersen maar zul je altijd perfectie na willen en blijven streven”. Afijn, buiten is het nat van de dichte mist, vroeg op pad kan ik daardoor op mijn buik schrijven en de ontbijttafel discussie vliegt heen en weer van literaire helden, Montana en Oregon tot uiteraard de komende verkiezingen. Pas tegen het middaguur is het redelijk om te rijden en vervolg ik de 101.

Vroeg in de avond met nog een beetje licht bereik ik Californie en strijk ik neer in het Ship Ashore motel buiten Crescent City. Een inmens schip vormt als het ware het ‘uithangbord’ van de camping, motel en restaurant. Langs de kust rijden schiet absoluut niet op, het is bijna donker en het ’schip op het droge’ trekt me naar binnen. Het motel staat pal aan de zee, vanaf mijn kamer hoor en ruik ik de oceaan. De volgende morgen is het opnieuw een dichte zeemist die een vroege start belemmert. Het is vrijdag en ik wil de kilometers goed maken die ik heb verloren door mist en lange kustweg om vandaag te eindigen in San Francisco. Om negen uur precies vertrek ik in de mist. Op de hoger gelegen gedeeltes van de 101 en door de eveeens hoog gelegen redwoods, verdrijft de zon al de mist. De 101 wordt af en toe al vierbaans weg en ik maak een goed tempo.

4 Responses to “Highway 101”

  1. Ary zegt:

    Hallo Dokters,

    Nee niet Dekmans, je hebt nu echt de juiste schrijfstijl te pakken geloof ik, het leest echt als een spannend reisverhaal met heerlijke details mijn complimenten.En wat Sylvia betreft, ach al ben je nog zo belezen je kunt niet ieder literair detail weten, wel hele leuke weetjes trouwens.
    En die amerikaanse ingenieurs kunnen wel bruggen bouwen, over details gesproken, mooie foto.
    Dat de motor spint als een kat bij de kachel vind ik mooiere beeldspraak dan al die quasie technische lulverhalen van die bijdehanden op de dinsdagavond (ze zullen wel weer over mij heen rollen ha ha).
    Blijf genieten jongen, ik benijd je.

    Greets Ary.

  2. Harry zegt:

    Hi die jongen
    Ik neem aan dat alles goed en naar wens ,zoals mr Ary al zei ,inderdaad we hebben weer wat te bomen op de Dinsdag
    Ik gehoord van de heer Dekker dat je visum is verlengd dit is goed nieuws voor je kan je nog langer wegblijven.
    Misschien kan je je verhaal wel verkopen aan Discovery of een andere station,een soort long way to go
    Het ga je goed blijf schrijven,kunnen wij blijven lezen
    Gr
    HD

  3. Barbara zegt:

    Hai JG,

    geweldig spannend leesvoer en prachtige fotos!
    Dat ze by de grensovergang rustig de tyd namen om je motor te bewonderen, hilarisch!
    Super dat je onderweg overal je steentje bydraagt d.m.v. vrywilligerswerk.
    Zal binnenkort maar eens aanwippen ,op Dinsdag, by de Dekstraas .
    Blyf ik tenminste op de hoogte van alle technische HD hoogstandjes :-)

    Behouden vaart!
    Grtz Piet,Bo,Amber,Bar

  4. joyce erik connor zegt:

    Hoi JG
    Wat een heerlijke verhalen schrijf je! Ik ben net naar de kelder geslopen om het allemaal eens uitgebreid te lezen. Erik past op Connor en ik hoor een hoop lawaai… dus daar heeft hij het nog wel even druk mee.
    Connor is een stoere baby in zijn little biker shirtje. Dat je de tijd hebt genomen om het te regelen is echt te gek.
    Je beschrijft de mensen die je ontmoet zo dat het lijkt of we vanaf hier ook een beetje mee op reis zijn.
    Ik wist niet dat je talent had in die richting!
    Fijn dat jij en de motor zo goed in vorm zijn, ik kijk uit naar je volgende berichtje,geniet er van en keep on rocking X Joyce, en groetjes van Erik en Connor.

Leave a Reply

Kommentare zu diesem Post abonnieren.